Schitterend in de zon: bouwen voor de toekomst

Het aantal inwoners in Nederland neemt toe en daarmee de druk op de woningmarkt. Het tekort dat Hugo de Jonge constateert is zo groot dat het bijna niet uit lijkt te maken wat er gebouwd wordt, als mensen er maar in kunnen wonen. Gemeenten zoeken naar oplossingen, bijvoorbeeld door meer flexibele woonvormen te ontwikkelen. Ook in Zweden, waar ik recent een werkbezoek bracht, is het tekort aan woningen groot. Een wachttijd van een jaar of tien voor een huurwoning lijkt geen uitzondering. Maar ooit was er een Zweedse premier die huizen bouwde die mensen moest verleiden om in Zweden te blijven.

Ik pak in Stockholm tram 12, stap uit bij Alstensgatan en ga de straat in die schuin afloopt naar een  meer. Links en rechts staan ze te schitteren in de zon: 94 huizen in de stijl van de Nieuwe Zakelijkheid. Eén huis op nummer 40 ziet er net een beetje anders uit dan de anderen. Een halfronde erker maakt het iets groter. Hier woonde Per Albin Hansson. Begin jaren dertig was hij die premier van Zweden die bouwde voor vertrekkende Zweden.

In Zweden ging het toen economisch niet goed, mensen vertrokken massaal naar de Verenigde staten. Gelijke sociaal-economische rechten, goede gezondheidszorg en dus ook goede woningen zouden de Zweden in Zweden moeten houden. Paul Hedqvist ontwierp het huis waar de premier zelf ging wonen. De huizen van deze mensen staan voor veel meer dan toevallig mooi gelegen en vormgegeven woningen. Ze zijn het resultaat van zijn “folkshemmet”-beleid, vertaald iets als “het huis van de mensen” of ook wel “het Scandinavisch model”. In zijn speech schetste Hansson een utopisch beeld, waarin onderscheid tussen rijk en arm, tussen “somewheres en anywheres” zouden wegvallen. Het resoneert in het huidige Zweedse beleid, waarin het uitgangspunt is dat publieke huisvesting universeel moet zijn en niet afhankelijk van wat je verdient.  

Ik zie flinke auto’s in de straat geparkeerd staan, kennelijk gaat het de mensen die er nu wonen goed. Vermoedelijk is het aantal bewoners met verhuisplannen richting Verenigde Staten gering. Natuurlijk was de context begin jaren dertig anders dan nu. En mooie uitgangspunten gefundeerd in utopische beelden hebben problemen op de huidige Zweedse woningmarkt niet voorkomen.

Toch neem ik iets mee van de ideeën van Per Albin. Huizen die na ruim negentig jaar nog steeds of opnieuw geliefd zijn en een prettige woonplek opleveren – dat klinkt als iets om na te streven. Een heldere en doorleefde visie op maatschappelijke ontwikkelingen, dat de samenleving niet alleen, maar ook inspirerende perspectieven biedt, is het eerste wat ik Hugo “Per Albin” de Jonge graag mee zou geven. De Jonge heeft in potentie instrumenten in handen om bruggen te slaan tussen het sociale en fysieke domein, het tweede punt dat ik uit het verhaal van Per Albin meeneem. Denk aan de onvolprezen Omgevingswet en de relatie met een gezonde leefomgeving. En tot slot: zorgvuldige stedenbouw en duurzame architectuur zouden in Nederland best een steviger plek mogen hebben. Het is ten slotte ontwerper Paul Hedqvist geweest die de visie van Albin heeft vertaald naar huizen die er mogen zijn. Schitterend in de zon.  

Bronnen en verder lezen:

Auteur

Afbeelding
Jordi de Vreede
Jordi de Vreede